Stijlvolle en vurige ‘Oude Dame’ op de Wachtelenberg

1646
Absolute sterspeler van Juventus is Cristiano Ronaldo.

Juventus Football Club is de succesvolste voetbalclub van Italië. De jeugd van dit instituut doet voor het eerst mee aan het Marc Overmars Paastoernooi op 20, 21 en 22 april in Epe. En dat past prima bij elkaar. ‘Juventus’ is immers Latijn voor ‘jeugd’. Opvallend in dit kader is de bijnaam ‘De Oude Dame’.

De club behaalde maar liefst 34 nationale titels. Aan de bekende verticaal gestreepte wit-zwarte shirts van Juventus zit een mooie anekdote vast: in 1903 arriveerde per ongeluk een bestelling uit Engeland met de shirts van Notts County. Blijkbaar beviel het tricot, want het is nooit meer verdwenen. En dus luidt een andere bijnaam: ‘I bianconeri’ (de wit-zwarten).

Juventus is opgericht in 1897. De eerste titel wordt gevierd in 1905. Een jaar later komt het tot een breuk binnen de club. De Zwitserse voorzitter Alfredo Dick richt samen met enkele vooraanstaande buitenlandse spelers FBC Torino op. Daarmee is de ‘Derby Delle Mole’ (Juventus versus Torino) geboren. Nog even over die bijnaam ‘La Vecchia Signora’ ofwel ‘De Oude Dame’. Deze is in twee delen ontstaan. ‘Signora’ is de koosnaam van de eigen supporters, die in de jaren ’20 in zwang is gekomen. ‘Oud’ is eraan toegevoegd door tegenstanders in de jaren ‘30, toen Juventus met een steeds ouder wordende ploeg kampioen bleef, en is dus een beschimping van de naam Juventus, ‘Jeugd’.

Giovanni Trapattoni
Een belangrijk jaartal in de historie van Juventus is 1923: dan komt FIAT-eigenaar Edoardo Agnelli aan het roer van de club. De verbintenis met de Agnelli-familie duurt voort tot de dag van vandaag.
In de jaren ’50 is Giampiero Boniperti binnen de lijnen een boegbeeld. De topschutter zal later nog coach zijn en bovendien maar liefst 20 jaar als voorzitter zijn.
Bekende spelers in de jaren ’70: Roberto Bettega, Franco Causio en Giovanni Trapattoni, de man die ook als coach heeft bijdragen tot het succes in de jaren ‘80. In dit decennium zijn de Juventus-iconen Zoff, Scirea, Tardelli, Gentile en Rossi, samen met Bettega en Causio. Deze spelers vormen de kern van het Italiaanse nationale elftal dat in 1982 de wereldtitel behaalt. Juventus schrijft onder het bewind van Giovanni Trapattoni zes titels bij, plus een UEFA Cup in 1977 en een Europacup II in 1984.

Nieuwe topspelers volgen: Paolo Rossi en Michel Platini. Opvallend genoeg lukt het steeds niet om de Europacup I te winnen. De Fiatfamilie tast diep in de geldbuidel, maar het duurt tot 1985 voordat de felbegeerde ‘cup met de grote oren’ kan worden geheven. Een cup met een rouwrand: de finale tegen Liverpool in het Heizelstadion wordt volledig overschaduwd omdat die dag 39 supporters om het leven komen, de meesten van hen Juventino’s.

Marcello Lippi
Aan de start van het seizoen 1994’95 komt Marcello Lippi aan het roer als coach. De sterspelers van dat moment zijn Ciro Ferrara, Roberto Baggio, Gianluca Vialli en youngster Alessandro Del Piero, die een mooie en lange carrière bij Juventus tegemoet gaat. In 1996 wint Juventus de finale van de Champions League door Ajax te verslaan na het nemen van strafschoppen. Na het winnen van deze hoofdprijs haalt Juventus nog meer topvoetballers: Zinédine Zidane, Filippo Inzaghi en Edgar Davids. De club speelt 3 jaar op rij de Europacupfinale, maar wint alleen de genoemde finale tegen Ajax. De teller blijft dus steken op twee Europacups I. Ook de EC I-finale van 2003 gaat verloren. Uitgerekend rivaal AC Milan stapt als winnaar van het veld.

Juventus won in 1996 de Champions League ten koste van Ajax.

Met Gianluigi Buffon, David Trezeguet, Pavel Nedvěd en Lilian Thuram haalt Juventus opnieuw grote sterren binnen. In 2004 stelt de club Fabio Capello aan als hoofdcoach. Hij wint met Juventus twee titels, maar de club moet die inleveren wanneer een omkoopschandaal, met in de hoofdrol sportief directeur Luciano Moggi, aan het licht komt. Juventus wordt teruggezet naar de Serie B en vrijwel alle sterren vertrekken: Lilian Thuram (Barcelona), Emerson (Real Madrid), Patrick Vieira en Zlatan Ibrahimović (Internazionale) verlaten de club, net zoals de Italiaanse internationals Gianluca Zambrotta (Barcelona) en Fabio Cannavaro (Real Madrid). Doelman Gianluigi Buffon, middenvelders Pavel Nedvěd en Mauro Camoranesi en aanvallers David Trezeguet en Alessandro Del Piero blijven de club echter trouw. Juventus slaat terug in stijl en wint de Serie B met een straatlengte voorsprong, ondanks 9 strafpunten die de club voor aanvang had gekregen.

Nieuwe succesperiode
Na de terugkeer uit de Serie B lukt het slechts een paar seizoenen om te imponeren en in 2011 eindigt de club op een matige zevende plaats en mist daardoor Europees voetbal. Een nieuw stadion wordt in gebruik genomen (het Allianz Stadium in Turijn) en Juventus slaat fors toe op de transfermarkt. Vrijwel alle nieuwkomers maken grote indruk. Alessandro Matri, Simone Pepe, Fabio Quagliarella, Andrea Pirlo, Stephan Lichtsteiner, Arturo Vidal, Mirko Vučinić en Martín Cáceres zijn de voornaamste aankopen, die na 2003 weer eens voor een titel zorgen. Wat volgt is een nieuwe succesperiode.

Sterren gaan en komen. In het seizoen 2012-2013 komen onder andere Kwadwo Asamoah en Paul Pogba naar Juventus. Later volgden Carlos Tevez en Fernando Llorente. En met de steraankopen stapelen de titels zich op: in het seizoen 2017-’18 behaalt Juventus voor het zevende jaar op rij (en voor de 34e keer in de clubhistorie) de Italiaanse landstitel. En het kan haast niet anders of dit seizoen volgt nummer 35. Dat gebeurt onder aanvoering van superster Cristiano Ronaldo, die afgelopen seizoen overkwam van Real Madrid. Critici wisten te melden dat de sleet zou zitten op de Portugese vedette, maar daar is tot op heden bepaald geen sprake van. Andere bekende spelers uit de huidige Juventus-selectie: Giorgio Chiellini, Leonardo Bonucci, Miralem Pjani, Sami Khedira, Blaise Matuidi, Rodrigo Bentancur, Paulo Dybala, Douglas Costa, Federico Bernardeschi, Juan Cuadrado en Mario Mandžukić.

Op de Wachtelenberg in Epe is het aan de jeugd van de Italiaanse traditieclub. En wie weet herbergt de U12 van Juventus wel een nieuwe superster van de toekomst.

Tekst: Wikipedia en Ton Brands
Foto’s: Wikimedia